Om het virus toegang tot deze receptor te ontzeggen wordt er veel onderzoek gedaan om die binding van het virus te kunnen blokkeren. Gelukkig krijgen we soms ook wat hulp van andere dieren, in dit geval de lama.
Speciale kleine antilichamen
Dieren binnen de familie van kameelachtigen (Camelidae) zoals kamelen, dromedarissen, lama’s en alpaca’s hebben namelijk een bijzonder immuunsysteem. Hierdoor maken ze een ander type antilichamen dan de meeste zoogdieren. Bij ons bestaat een antilichaam uit meerdere onderdelen die aan elkaar gekoppeld zijn, terwijl de kameelachtigen hier veel minder onderdelen voor gebruiken. Hierdoor zijn deze antilichamen een stuk kleiner, waardoor ze ook andere eigenschappen krijgen. Het stukje van het antilichaam dat bindt aan de ziekteverwekker bestaat zelfs uit maar één onderdeel dat op zichzelf al werkzaam kan zijn. Deze bindingsdelen zijn zo klein dat ze in een laboratorium te produceren zijn, in bijvoorbeeld gist. We noemen deze piepkleine geproduceerde verdedigers nano-antilichamen. Een voordeel van deze nano-antilichamen is dat ze op interessante manieren toegediend kunnen worden, zoals verneveld in een inhalator of neusspray. Dat is een handige manier van toedienen bij het bestrijden van luchtweginfecties zoals het coronavirus, omdat het virus in plaats van neus- of longcellen eerst een laag van antilichamen tegenkomt.
Belgische lama
Een groep Belgische wetenschappers van de Universiteit van Gent hebben samen met een groep van de Universiteit van Texas in Austin gewerkt aan het vinden van een antilichaam tegen het coronavirus. De ware held van dit verhaal is echter een vier jaar oude Belgische lama genaamd Winter. Winter werd in 2016 al gevaccineerd tegen twee andere coronavirussen, het MERS-virus (MERS-CoV) en het SARS-virus (SARS-CoV-1). Dit leverde antilichamen op waarmee binding van het SARS-virus aan gekweekte cellen geremd kon worden. Omdat het bloed van Winter bewezen effectieve antilichamen tegen twee coronavirussen had, en het huidige virus zoveel op SARS-CoV-1 lijkt, kwam hij al snel in beeld om ook in de coronapandemie een rol te kunnen spelen.
Gekoppelde antilichamen
Omdat het vaccineren en produceren van antilichamen een vrij langzaam proces is, besloten de onderzoekers eerst de eerder gewonnen antilichamen tegen SARS en MERS op het nieuwe coronavirus te testen. Deze antilichamen hadden wel een beetje effect op de bindingscapaciteit van het virus, maar waren nog niet erg effectief. Daarom besloten de onderzoekers twee antilichamen aan elkaar te koppelen. Dit bleek een slimme zet, en de nieuwe gekoppelde antilichamen konden binding van het virus aan gekweekte cellen voorkomen. Een geweldig resultaat, dankzij het bloed van Winter en stevig labwerk. Vervolgonderzoek zal nu moeten uitwijzen of de antilichamen in de praktijk ook een infectie kunnen remmen of voorkomen. Mocht dit lukken kan er gekeken worden of er dan ook nano-antilichamen van gemaakt kunnen worden. Misschien inhaleren we straks dan wel antilichamen van een lama, geproduceerd in een gist.
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7199733/ |