Het Micropia-gist is gevonden op een fruitboom in ARTIS en gebruikt om het speciale “Wild Microbe Ale” te brouwen , in samenwerking met brouwerij Oedipus. Na onderzoek bleek het niet om het standaard brouwersgist te gaan, maar om Pichia barkeri, een ander maar wel verwante microbe.
Het Micropia-gist is gevonden op een fruitboom in ARTIS en gebruikt om het speciale “Wild Microbe Ale” te brouwen , in samenwerking met brouwerij Oedipus. Na onderzoek bleek het niet om het standaard brouwersgist te gaan, maar om Pichia barkeri, een ander maar wel verwante microbe.
Wilde gist
Het Micropia-gist is een zogenaamde wilde gist. Dat betekent dat hij ergens in de vrije natuur gevangen is. Elke soort gist voegt een unieke combinatie smaakstoffen toe. Zo kan het dat twee bieren met dezelfde ingrediënten heel anders smaken omdat er een andere gistsoort is gebruikt bij het brouwen. Grote bierbrouwers gebruiken daarom altijd precies dezelfde soort gist. Zo zorgen ze dat hun bier altijd hetzelfde smaakt. Met een wilde gist weet je nooit van tevoren hoe je bier gaat smaken.
Weinig alcohol
In tegenstelling tot het nauw verwante brouwersgist Saccharomyces, produceert P. barkeri niet bijzonder veel alcohol. Aan de ene kant is dit erg handig. Als er te veel alcohol in zijn omgeving is gaat de gistcel dood. Aan de andere kant is het niet handig als je bier wil brouwen. Je eindigt dat met een heel slap bier.
Daarom is ons Wild Microbe Ale gebrouwen in twee fases. Als eerste heeft het Micropia-gist smaakstoffen toegevoegd aan het bier die het aroma van het bier bepalen. Vervolgens is een tweede gist aan het mengsel toegevoegd om het alcoholgehalte omhoog te krijgen. Er zijn weinig bieren die op deze manier gebrouwen worden, en het heeft geleid tot een uniek eindresultaat.