Evolutie is de geleidelijke ontwikkeling van soorten, van generatie op generatie, van eenvoudige tot complexere vormen. Dit proces werd voor het eerst beschreven door Charles Darwin, de grondlegger van de evolutietheorie.
Evolutie is de geleidelijke ontwikkeling van soorten, van generatie op generatie, van eenvoudige tot complexere vormen. Dit proces werd voor het eerst beschreven door Charles Darwin, de grondlegger van de evolutietheorie.
Natuurlijke selectie
Wanneer een dier, plant of micro-organisme zich voortplant, geeft het een deel van zijn of haar genen door aan de volgende generatie. Veranderingen in genen, zoals mutaties, kunnen leiden tot nieuwe eigenschappen van het organisme. Deze kunnen voordeel opleveren, bijvoorbeeld als een iets andere kleur vacht een dier beter camoufleert. Zo’n verandering vergroot dan de kans op overleving en voortplanting voor dit organisme. Andere organismen die deze eigenschap niet hebben, krijgen minder nakomelingen of leven minder lang. Dit is een vorm van natuurlijke selectie (‘survival of the fittest’). Na een aantal generaties blijven de organismen met de meest voordelige erfelijke eigenschappen over. Zo kan een soort geleidelijk veranderen (evolueren) of kan er zelfs een heel nieuwe soort ontstaan.
Kaal of kammen
Ook de mens is het product van een evolutie die stapje voor stapje is verlopen. Wij hebben dezelfde voorouders als de gorilla’s en chimpansees, maar we zijn de enige soort die inmiddels rechtop loopt en niet meer zo veel lichaamshaar heeft. Wetenschappers weten tot vandaag de dag niet zeker wat de evolutionaire reden daarvoor is geweest.